Reddingsplan voor de lange zonnedauw
In Nederland komen drie soorten zonnedauw voor: de kleine zonnedauw, de ronde zonnedauw en de lange zonnedauw. De lange zonnedauw is bijna uitgestorven: alleen in het Bargerveen groeit nog een aantal van deze vleesetende plantjes. “Het zijn er nu zo weinig, er hoeft maar iets te gebeuren – iemand die een brandende sigaret in het veen gooit bijvoorbeeld – en we zijn alles in één keer kwijt,” zegt Hans Dekker, beleidsmedewerker bij de provincie Drenthe.
Veeleisend
De lange zonnedauw stelt strenge eisen aan zijn leefgebied. De plant komt alleen voor in goed ontwikkeld hoogveen. “Daar kun je rekening mee houden in de inrichting en ontwikkeling van het gebied. Als de lange zonnedauw ergens groeit, is dat eigenlijk een aanwijzing dat het met de milieucondities heel goed gesteld is,” vertelt Hans. “Als de lange zonnedauw zou verdwijnen, verliezen we een kroonjuweel van het hoogveen. Dat willen we uiteraard voorkomen, juist nu we hard werken aan het verbeteren van de kwaliteit van het hele Bargerveen. Daardoor krijgt lange zonnedauw weer perspectief voor de toekomst. Om te voorkomen dat de lange zonnedauw uitsterft, hebben we een reddingsplan gemaakt.”
Redding in het lab
Het reddingsplan wordt uitgevoerd door Science4Nature. De organisatie zet zich in voor het herstel en behoud van soorten en advies geeft over duurzame natuurontwikkeling. “In een laboratorium in Amsterdam heeft Science4Nature de ideale omstandigheden voor de lange zonnedauw continu. Met een klein beetje plantmateriaal uit het Bargerveen worden in het laboratorium nieuwe plantjes gekweekt, ”legt Hans uit. “Over een aantal maanden komen de eerste zaden beschikbaar. Het is de bedoeling dat de zaden van de lange zonnedauw worden uitgezet in gebieden in het Bargerveen die geschikt zijn voor het plantje. Zo kunnen we er hopelijk voor zorgen dat de plantstroken op meerdere plekken in het Bargerveen terug te vinden is. “Hans heeft goede hoop voor de toekomst van de lange zonnedauw: “je kunt het reddingsplan zien als een soort infuus, dat we tijdelijk gebruiken totdat de natuur het zelf weer aan kan.”